Sinds jaar en dag gaan de burgemeesters van Nederland de hei op. Van dinsdagavond tot donderdag-ochtend. Ieder dagdeel is gevuld met sprekers, inhoud en uitwisseling van ervaringen.
Toen deze ‘conferenties’ begonnen, telde Nederland iets van 750 burgemeesters. Inmiddels is dat aantal gedaald tot 342, op het moment van schrijven. Maar ook dat zijn er teveel voor een intensieve conferentie van deze omvang. Daarom gaat het in groepen van maximaal 40 personen. Het is altijd in het voorjaar. Met ook steevast een aantal data ruim voor en na de carnaval.
Want u zult begrijpen dat er gemeenten – met name ten zuiden van de grote rivieren – zijn waar de Eerste Inwoner het dorp niet ‘alleen’ achterlaat. Althans, in de week voor en van dat grote feest. Hier in Leidschendam-Voorburg is dat anders, ik kan met een gerust hart twee nachten de hei op.
Al sinds ik burgemeester ben heb ik een aantekeningenboekje van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters. Ik ben inmiddels aan m’n derde boekje toe.
Rechts maak ik aantekeningen bij het verhaal van de spreker, links zet ik dingen die collega’s zeggen. Of bedacht hebben.
Daar schrijf ik zulke dagen meestal nog meer dan rechts. Want in al die 342 gemeenten doen we best veel dingen die op elkaar lijken. En dan is uitwisselen van sores, oplossingen en ideeën altijd een goed idee!