Beluister hier de column

Lieve mensen, ik vraag me wel eens af of de achternaam iemands loopbaan kan bepalen. Omdat die wijst op het beroep of daar juist een soort negatief van is We herinneren ons allemaal hoe vroeger in de talkshows regelmatig een  voorzitter van de pilotenvakbond optrad met de naam Benno Baksteen. Ik had een tijd lang een bijzonder goede collega die van het Ministerie van  Justitie kwam. Hij heette Raymond Boef. Raymond heeft tegenwoordig geen last meer van grappen over zijn naam want hij is naar Brazilië geëmigreerd waar ze hem trouwens aanspreken met  Bo-ef. Over hen wil ik het verder niet hebben. Wel over de heer Arjan Driesprong, die zijn achternaam juist méé heeft. Hij is hoofdingenieur-directeur West-Nederland Zuid bij Rijkswaterstaat. West Nederland Zuid? Dat is het gebied waar U en ik wonen. Hij gaat over de wegen, de tunnels  en de bruggen.

Mijnheer Driesprong had niet van dat fraaie nieuws. In de komende tijd worden een heleboel wegen, bruggen en tunnels tijdelijk afgesloten vanwege groot onderhoud, restauratie en versterking. De vrachtwagens zijn tegenwoordig een stuk zwaarder dan vroeger, weet hij te vertellen. Daar zijn veel wegen niet langer tegen bestand als je geen speciale maatregelen neemt.

Dat betekent filerijden wat de klok slaat. Dat betekent dezelfde ellende die de bewoners van Goeree Overflakkee meemaakten, toen de Haringvlietbrug onder handen moet worden genomen.

Het Nederlandse wegennet is nu al overvol en mensen blijven maar auto´s bijkopen. Er hoeft maar op één plek een verstopping te zijn of overal loopt het vast. Vergelijk het maar met de druppel die de emmer doet overlopen.

De meeste bruggen in ons gebied stammen uit de jaren vijftig, zestig en zeventig van de vorige  eeuw. Ze zijn niet eens zo verschrikkelijk veel jonger dan ik en nu ervaar ik al dat krakkemikkigheid zich aankondigt. Na zestig jaar intensief gebruik raken die bruggen op. Zeker omdat de bouwers en de ontwerpers zich er destijds geen voorstelling van konden maken hoezeer zowel bevolking als verkeer zouden toenemen. Ik weet nog dat de miljoenste auto in Nederland werd gekocht. Toen liep iedereen al hoofdschuddend rond. Binnen afzienbare tijd tikken we de zeven miljoen  aan.

Nu wreekt zich het afbraakbeleid dat het openbaar vervoer zeker het laatste decennium heeft geteisterd. Met metro en tram gaat het nog wel maar het aantal buslijnen is drastisch verminderd en ook de frequentie is sterk afgenomen. Arjan Driesprong hoopt dat veel automobilisten aan de file weten te ontkomen door tijdelijk over te stappen op het openbaar vervoer.

Dan moet dat openbaar vervoer er wel zijn. Buiten de grote steden is er niet veel meer van over gebleven. Steeds weer worden wij getrakteerd op berichten over geschrapte lijnen, opgeheven bushaltes juist in dorpskernen en ingekrompen rijtijden zodat er in de avond of de weekenden geen bus meer komt.

Het wordt alleen maar erger. Eigenlijk zouden de bewoners van dorpen en wijken waar weinig of geen openbaar vervoer meer is, de handen ineen moeten slaan. Er zijn genoeg mensen met een auto en vrije tijd. Die gaan dan op gezette tijden de bushaltes af om mensen op te pikken die bijvoorbeeld naar het Zuidplein willen of naar de Oude Turfmarkt. Elke auto neemt twee  of drie wachtenden mee die elk  een paar euro betalen, want het hoeft natuurlijk geen gratis dienst te zijn. Zo behelpen we ons met verzameltaxi´s net als in de Derde  Wereld. Mag niet? Onttrekt zich aan de blik en de controle van de overheid? In de Derde Wereld hebben ze daar een woord voor: de informele sector. En dan nu: welkom  in de taxi van Joe https://www.youtube.com/watch?v=Ulay2FvUEd8