Beluister hier de column

Lieve mensen, mist U de grote meerdaagse festivals? Iets zegt mij dat mijn luisteraars daar over het algemeen niet meteen zo naar talen. Toch is de zo verlangde summer of love voor veel mensen  een beetje verknoeid omdat we door die deltavariant ineens zo in het nauw zijn gebracht. Je kunt daar natuurlijk sip van worden. Je kunt ook van de nood een deugd maken. De strengere maatregelen maken het nog wel mogelijk op straat kleinere evenementen te organiseren. Die worden dan ook tamelijk massaal aangeboden en ze bieden hulp aan wie wil ontkomen aan de grauwheid van deze zomer.

Een paar weken geleden heb ik U allen kond gedaan van mijn geslaagde en aanbevelenswaardige uitstap naar Woudrichem. Afgelopen weekend realiseerde ik mij dat de gemeente Rotterdam over net zo’n prachtig miniatuurstadje beschikt. Dat is Delfshaven in het westen van de stad op de noordoever van de Maas. Delfshaven was in de negentiende eeuw nog een zelfstandige gemeente.  Vanwege een chronisch lege gemeentekas vroeg Delfshaven zélf om annexatie door Rotterdam. Nou, dat heeft het geweten. Al voor de eerste wereldoorlog kwam er een grote doorbraak dwars door het noorden van het stadje. Daar ligt nu de Lage Erfbrug. Voor het overige werd Delfshaven ingeklemd door grote woonwijken die het bijna hebben verstikt. Pas de laatste decennia kwam er eerbied voor het historische karakter van Delfshaven maar het was al bijna te laat.

Afgelopen weekend organiseerden de Delfshavenaars met hart voor hun woonplaats een driedaags openluchtfestival. Het was net zo bescheiden van opzet als het stadje zelf en juist dat maakte het allemaal zo charmant. Het is in principe niet zo ingewikkeld om op touw te zetten: een overdekt podium met professioneel geluid, een hoeveelheid zitjes op een plein. Gratis toegang maar wel met een hek erom heen vanwege de coronaregels en de anderhalve meter afstand. Programma met een strakke tijdsplanning en lokale helden en heldinnen. Wij bezochten een middag met Rotterdamse dichters en indrukwekkende tangoconcertjes door het duo Nuevos Tangos Viejos, dat bestaat uit Mirre Valkenburg en haar echtgenoot Alvaro Rovira Ruíz. Toevallig weet ik dat ze nog geen kwartier wandelen van dit Delfshavense podium wonen. Ze kregen versterking van Simone van der Weerden op bandoneón, ook uit Rotterdam. De weemoed van hun muziek paste nog het beste bij de gedichten die Jana Beranova voordroeg. Zij schrikt er niet voor terug om ondanks haar 89 levensjaren optredens te verzorgen. Naderhand voegde ze zich bij ons gezelschap en zat nog vijf uur in kroeg en restaurant. Waarom vertel ik dit? Waar het mij om gaat is het volgende: ik ben zo blij dat er juist ook in wijken, dorpen en kleine stadjes nog zoveel mensen zijn die iets leuks voor hun omgeving weten te organiseren. Die kleine festivals met artisten uit de eigen regio zijn juist in deze tijd broodnodig om te laten zien dat we met elkaar van schoonheid en talent kunnen genieten. Nog steeds. Juist nu.

Houd me ten goede. We hoeven niet de polonaise te lopen. Trouwens, als we dat proberen komen er boa’s aan te pas. Het is net zo mooi als jij je eigen weemoed herkent in wat daar op het openluchtpodium gebeurt zoals mij overkwam toen ik hoorde hoe Mirre Valkenburg mijn gevoel loepzuiver verklankte terwijl Simone met haar bandoneón en Alvaro met zijn gitaar er het noodzakelijke fundament onder legden.  Het was ook bevrijdend net als trouwens dat hele minfestival in Delfhaven.

Ik deed even mijn ogen dicht en was ineens veertig jaar terug in de Doelen. Daar woonde ik een concert bij van meester Osvaldo Pugliese en zijn grote tango-orkest. Hij had het ook prachtig gevonden van Mirre, Alvaro en Simone. Dat weet ik zeker. Daarom nu Mirre en Alvaro met  Negra Maria. Ze is vijftien jaar, Maria, carnaval komt eraan maar haar eerste feestjurk zal ook haar doodskleed zijn.