Beluister hier de column

Lieve mensen, een aantal onder U zal zeggen, is dat nou nodig, nu al? Maar het kan niet anders. Ik moet het hebben over Sinterklaas en Zwarte Piet. Trouwens, toen ik kind was in de jaren vijftig van de vorige eeuw, hing de eerste voorbode van het heerlijk avondje ook al half september in de etalages van banketbakkerijen. Het was een affiche met het opschrift ¨Sint Nicolaas Overzee¨. Je kon in de winkel dan cadeaupakketten bestellen met vaderlandse lekkernijen voor de geëmigreerde familie in Canada, Zuid-Afrika, Australië of Nieuw-Zeeland. Dat moest tijdig want het vervoer geschiedde per vrachtschip. Een vliegtuig was toen veel te duur. Hoe de suikeren beesten, het marsepein en de speculaaspoppen de wekenlange tocht in de scheepsruimen doorstonden, weet ik niet. Sommige van U misschien wel. Stuur dan een mailtje.

Hoe dan ook, als die banketbakkers van vlak na de oorlog al in september over Sint en Piet mochten beginnen, dan mag ik dat ook. Wat is de aanleiding? J e leest al dagen klagerige artikelen over Sinterklaascomités die de handdoek in de ring gooien. De Coronaregels maken het organiseren van een fatsoenlijke intocht onmogelijk. Daarom zijn ze in de meeste steden en dorpen, waar de Late Avond door de luidsprekers klinkt, in arren moede maar afgelast. Men wil zich behelpen met sociale media en onze lokale omroepen. Dat is leuk maar het is geen vervanging voor de pret en de spanning die een echte intocht met zich meebrengt. Ik kan mij voorstellen dat veel mensen teleurgesteld zijn ook al weten we allemaal dat het dit jaar niet anders kan en als het aanmodderen blijft met vaccins en zo, volgend jaar ook niet.

Die mensen wil ik een hart onder de riem steken. Het is allemaal niet zo erg als het wel lijkt. Een belangrijk aspect van Sint Nicolaas en Zwarte Piet is immers dat je ze niet ziet. Jou zien ze wel, gezien de omvang van het zondenregister in het grote boek maar jij ziet ze niet. De goedheiligman en zijn knecht zijn immers mythische figuren uit een oeroud Europees verleden. De Sint heeft zijn goddelijke aankleding verruild voor een christelijk heiligentenue maar dat is vermomming. En niet voor niets draagt zijn begeleider niet alleen een zak maar ook een roe. U mag drie keer raden waar dat oorspronkelijk naar verwijst. In ieder geval waren die attributen in hun oorsprong allesbehalve bedoeld om stoute kinderen een aframmeling te geven en mee naar Spanje te nemen. Kindertjes zingen het nog steeds: ¨Wiedewiedewiet, Zwarte Piet, je je hoort hem wel maar je ziet hem niet.¨. Van Sint en Piet vang je hooguit een glimp . Ineens wordt er keihard op de deur geramd: op de drempel staat een grote zak maar de bezorger is in geen velden of wegen te bekennen. Althans zo gaat het in de meeste gezinnen. Deze aanpak accentueert het mysterie en het vaag griezelige van het feest. De ontlading volgt als de cadeautjes kunnen worden uitgepakt. En de dichtkunst van Sint en Piet wordt voorgelezen door de slachtoffers die zelf aan anderen moeten laten horen hoe ze op de hak genomen worden. In mijn door en door katholieke familie werd mijn moeder steevast aangepakt op het feit dat ik maar één broertje had. Elk jaar was het prijs, zo herinnerde zij zich later.

Het is om die reden dat Zwarte Piet ook niet zo gemakkelijk van het toneel zal verdwijnen. Juist omdat hij in de meeste gevallen onzichtbaar is, blijft hij houdbaar. Akwasi heeft zijn bisschoppelijke makker zelfs een extra argument gegeven om buiten beeld te blijven. Des te meer raken ze in ons aller gedachtewereld verankerd: Je hoort ze wel maar je ziet ze niet. Je hebt geen intocht nodig om met hartstocht in ze te blijven geloven.