Beluister hier de column

Lieve mensen, we hebben  eindelijk weer eens de verjaardag van onze koning ouderwets kunnen vieren. Op straat met overal handel en muziek. Wellicht heeft U zich met de kleuren van de dynastie getooid. Ik heb voor dat doel een paar jaar geleden al oranje sokken aangeschaft. Vroeger had je nog wel eens mensen die met de verkoop van oranje linten een centje probeerden te verdienen maar die zie je niet meer.

Nu alles achter de rug is, kunnen we een pijnlijk thema bespreken. Hoe noemen wij de 27e april? Want Koningsdag is niks. Dat klinkt niet. Dat komt er niet op een goede manier uit. Dit in tegenstelling tot Koninginnedag. Dat ligt wel goed in de mond. Hoe komt dat? Ooit heb ik van Hans van der Sloot, vooral bekend als Schiedams stadshistoricus, maar ook wel eens werkzaam in de reclame, dat goede bedrijfs- en merknamen een bepaald ritme moeten hebben. Op basis daarvan koos hij dan ook de naam van zijn zoon: Lodewijk Berend. Ik zeg het nog eens: Lodewijk Berend. U vergeet die naam nu nooit meer. Neem dat maar van mij aan. Datzelfde gold voor mij want Hans leerde me dit in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Dat komt door het ritme. In Koninginnedag zit net zo goed een lekker ritme. In Koningsdag niet. Dat komt omdat er een lettergreep minder in zit dan bij Koninginnedag. Het is ook nog een nieuw woord want een nationale feestdag met volksspelen en aubades,is men pas vanaf 1890 gaan opzetten. De achtergrond daarvan is de volgende: Koning Willem III had zich op de troon zo misdragen dat niemand nog een cent voor het Oranjehuis gaf. Hij was bijvoorbeeld niet meer welkom aan andere hoven in Europa.

Na zijn dood besloten vooraanstaande bestuurders te proberen de geschonden reputatie van het koningshuis te herstellen. Ze stuurden de weduwe van Willem III, koningin Emma en haar dochtertje Wilhelmina letterlijk het land in om zich te laten zien aan het gewone volk. Ook werd vanaf dat jaar de verjaardag van de kleine Wilhelmina – 31 augustus – met volksspelen en aubades in heel Nederland gevierd. Zo zijn we aan onze Koninginnedag gekomen. Emma en Wilhelmina slaagden er wonderwel in de liefde van het volk – althans een groot deel ervan – te winnen. Al zou Wilhelmina zich ontwikkelen tot een heel ongemakkelijke tante. Maar dat kwam juist weer van pas, toen zij tijdens de Duitse bezetting als balling in Londen slapjanussen moest verwijderen en in het algemeen er bij alle Nederlanders de moed in houden. Tijdens haar regering waren Koninginnedagen grootse gebeurtenissen, een laatste hoogtepunt en tevens het einde van de grote vakantie, die in haar tijd voor leerlingen op alle scholen alleen en uitsluitend de augustusmaand besloeg. 31 augustus: groot feest, vaak afgesloten met een fraai vuurwerk. Een september: allemaal weer naar school en de tredmolen in. Weet U, ik heb geen oplossing voor mijn probleem. Koningsdag is niks. Koningsdag wordt niks. Misschien moeten we het gewoon hebben over ´s-konings verjaardag. Daar zit dat ritme wel in. Het klinkt ook serieus. Het past bij een nationale feestdag. Nog een dingetje wil ik vertellen. In de tijd van Willem V zongen de Oranjeklanten;

Al is ons prinsje nog zo klein, hoezee
Alewel zal hij stadhouder zijn, hoezee
Al buigt de stam, al kraakt het riet
Alewel treurt Oranje niet
Hoezee, vivat, hoezee
Vivat, Oranje, hoezee!

Sinds een paar weken pas weet ik dat dit letterlijk bedoeld was. Hebt U die prachtige TV-serie over de geschiedenis van Nederland ook op de televisie gevolgd. Daar konden we zien dat die Willem V een heel klein mannetje was. Ze bedoelden het letterlijk. Luister naar dat oude Oranjelied https://www.youtube.com/watch?v=QCYyGz4sGdY En omdat het zo kort is direct daarna Jack Hylton met All the king´s horses https://www.youtube.com/watch?v=8BX1GEXhG-8