Er zijn zo van die gebeurtenissen die een mens met weemoed vervullen, lieve mensen, omdat er dingen verloren gaan die nooit meer terugkomen. Zoals de laatste maand in Puttershoek, een belangrijk dorp in de Hoeksche Waard. Daar is een oude fabrieksschoorsteen omver getrokken. Die markeerde het oude fabriekscomplex van de Suiker Unie waar een belangrijk deel van de Puttershoekers hun brood verdienden. Zij verwerkten de bieten van de Hoeksche Waard tot witte kristalsuiker. De schoorsteen was misschien nog wel een belangrijker oriëntatiepunt voor de dorpelingen dan de kerktorens.
Toch is hij zonder genade weggehaald. En er is in Puttershoek al zo weinig wat aan het verleden herinnert. Op het terrein van de Suiker Unie komt nu een zonneweide. Ook wordt er ruimte geschapen voor nieuwe bedrijven. Niemand maakt mij wijs dat er geen plekje vrij kon worden gemaakt voor die oude, trotse schoorsteen. Ook de mechanische werkplaats van de Suiker Unie is trouwens aan de slopershamer prijs gegeven.
Als om onachtzaamheid ging, dan was het allemaal nog tot daaraan toe. Maar het was een bewust besluit. Niets van wat ooit tot de SuikerUnie behoorde, stond op de rijksmonumentenlijst maar de gebouwen genoten toch een zekere bescherming. De voormalige gemeente Binnenmaas waaronder Puttershoek viel, plaatste de schoorsteen en de werkplaats op de gemeentelijke monumentenlijst. Inmiddels is Binnenmaas opgevreten door het bestuurlijke gedrocht de Hoeksche Waard. Bestuurders ver weg in Oud Beijerland zonder hart voor Puttershoek lieten zich door de eigenaar van het oude Suiker Unie terrein de Cosun Beet Company bepraten om die bijzondere status in te trekken. De Puttershoekers werd wijs gemaakt dat ze zo tegen geluidshinder en milieuoverlast werden beschermd. Alsof die schoorsteen nog moest roken. Alsof je zo’n mooie oude machinewerkplaats geen andere bestemming kunt geven. Als doekje voor het bloeden wil de Cosun Beet Company 50.000 euro beschikbaar stellen om de geschiedenis levend te houden.
Wat daar in Puttershoek gebeurde is geen incident. Overal in onze streek vallen industriële monumenten ten offer aan de hebzucht van grondbezitters en de misplaatste ambities van ambtenaren en wethouders. Zij slaan iedere keer weer wonden in het hart van hun gemeenschappen die niet meer genezen.
Wij leven in onze streek steeds vaker in gemeenschappen die worden aangestuurd vanuit een of ander ver gemeentekantoor waar men de boel alleen maar in de touwen kan houden door het strak toepassen van procedures, regels en kaders. Dan walst men gemakkelijk heen over wat een dorp, een buurtschap of een wijkje dierbaar is. Niet eens uit kwade wil maar uit onwetendheid. Zo moet in Schiedam een prachtig wederopbouwschooltje – nu atelierruimte voor kunstenaars – wijken voor een gebouw van drie verdiepingen. Dat schooltje ligt middenin de wijk Kethel Tuindorp. Die is enkele jaren na de bevrijding gebouwd volgens het systeem Welschen. Welschen was een architect die een manier had verzonnen om het vermalen puin van het Rotterdamse bombardement tot grote platen te persen waaruit gezinswoningen werden samengesteld. Tuindorp – dat gelukkig niet in gevaar is – bestaat voor een groot deel uit zulke huizen en de mensen wonen er graag. Door de afbraak van de school wordt heel zo’n wijkje uit het lood getrokken.
Het enige antwoord op zulke verkeerde en in zijn uitwerking ook barbaarse dadendrang, is waakzaamheid en actie. Protesteer voor het te laat is, procedeer als het moet, maar laat je leefomgeving, laat je oriëntatiepunten niet kapot maken door overijverige wethouders en door ondernemers die alles met de grond gelijk maken wat hun rechtstreekse route naar de potten met goud belemmert.