Beluister hier het programma via Programma Gemist 

Ze zeggen wel eens, lieve mensen, dat gemeentelijke bestuurders zo dicht bij de mensen staan. Dat was een jaar of vijf geleden voor de regering hét officiële argument om veel overheidstaken juist naar de gemeente te brengen. Die lui waren specialisten in maatwerk. We weten allemaal: dat was een smoesje, een leugentje om bestwil voor bezuinigingen. Toch zijn er veel mensen die het geloven, dat gemeentebestuurders zo dicht bij het volk staan.

Misschien was dat vroeger zo, toen de meeste gemeentes maar duizend of tweeduizend inwoners telden en de boeren met het problemen door de achterdeur bij de wethouder binnen kwamen. Tegenwoordig is dat lang niet meer het geval. Het aantal gemeentes wordt steeds meer teruggebracht en men veegt ongelijksoortige dorpen bij elkaar tot een onsamenhangend geheel. De gemeente Zuidplas is daarvan een voorbeeld. Dat is een combinatie van Moordrecht, Nieuwerkerk aan de IJssel, Zevenhuizen en Moordrecht, die het tot de noodlottige dag van de fusie in 2010 al eeuwen heel aardig alléén wisten te redden.

Verleden jaar openden de bolleboffen van Zuidplas in aanwezigheid van staatssecretaris van Erk een groot nieuw gemeentehuis. Ze stoften enorm op de energiezuinigheid van het nieuwe gebouw. Ze waren er hartstikke trots op. Dat zie je vaker bij fusiegemeentes: het nieuwe ambtenarencorps concentreert zijn aandacht op een nieuw gezamenlijk onderkomen terwijl er toch prachtige gemeentehuizen aanwezig zijn en een fietstochtje van het ene gebouw naar het andere heel goed is voor de gezondheid. Het bouwen van zo´n nieuw gemeentehuis wijst op naar binnen gericht zijn, op regelneverij op aandacht voor het beleid in plaats van naar de mensen. Daar zijn ze in Zuidplas goed in. De gemeente besteedt een paar ton per jaar, zo liet Sophie Hilbrandt verleden week donderdag in het programma Opstandelingen zien om bewoners van twee recreatieparken in Moordrecht weg te jagen. Ze mogen er volgens het bestemmingsplan wel 365 dagen per jaar recreëren maar niet wonen. Dus worden ze constant bespied. Wie op wonen wordt betrapt, krijgt een dwangsom van 20.000 euro. Om te beginnen. Dat gaat nu al jaren zo door.

Wat is er aan de hand? Die recreatieparken zijn een dikke dertig jaar oud. Van het begin af aan gebruikten de eigenaren hun optrekjes als permanente woonstee. De gemeente Moordrecht heeft daar nooit serieus iets aan gedaan. Dat veranderde toen dit fraaie dorp opging in de gemeente Zuidplas. De fusiegemeente raakte in de greep van het handhaven. Vandaar dat nu al bijna een miljoen is uitgegeven aan het bespieden en in de gaten houden van de huiseigenaren op het recreatiepark. Ter vergelijking: het nieuwe gemeentehuis kostte 7 miljoen 225000 euro.

Sophie Hilbrand gaf de bewoners ruimschoots de kans hun razernij tot uiting te brengen: ze staan met de rug tegen de muur want als ze hun park moeten verlaten, kunnen ze nergens terecht. Maar de gemeente is onverbidderlijk.

Zuidplas is niet alleen onverbiddelijk. De gemeente hult zich ook nog in stilzwijgen. Consequent weigerden gemeenteraadsleden en wethouders om hun kant van de zaak uit te leggen. Dat nieuwe gemeentehuis bleek inderdaad een onneembaar fort. Als smoes gebruikte men corona. Dat zul je nu ook zien: dat de coronaepidemie door bedrijven en machthebberjes en ambtenaren gaat worden gebruikt om hun wanprestaties te vergoeilijken, maar dat is een andere zaak. Uiteindelijk lukte het Sophie Hilbrand de verantwoordelijk wethouder voor deze affaire, Jan Hordijk van de VVD, de microfoon onder de neus te duwen. Hij kwam niet verder dan te zeggen dat hij de wet moest toepassen.

De bewoners staan op veengrond. Ze wonen op een gebied dat van het begin af aan geen woonbestemming maar een recreatiebestemming had. Tegelijkertijd heeft Moordrecht en de eerste jaren ook Zuidplas de bewoners de duidelijke indruk gegeven dat het allemaal zo´n vaart niet zou lopen. Bovendien heerst in Nederland een gigantische woningnood, die alleen maar groeit. Dat is misschien niet het meest geschikte moment om op recreatieparken te gaan lopen handhaven. Daar is momenteel niemand mee gediend. De bewoners niet en de gemeente niet. Toch gaat Jan Hordijk van de VVD door met handhaven, gewoon omdat het kan en hij – ijzeren Hein als hij is – denkt dat het dan ook moet.

Hij is een schitterend voorbeeld van het soort gemeentebestuurders waar wij geen behoefte aan hebben. Teveel regelneven op gemeentehuizen zijn onderdeel van het probleem en niet van de oplossing. Daarom, lieve mensen, geloof ik het niet zoals ze zeggen dat gemeentelijke bestuurders zo dicht bij de mensen staan.