Nepnieuws is van alle tijden. Alleen wordt het steeds lastiger om er achter te komen wat nep is, en wat echt.
Op social media was het een tijdje zo, dat een blauw vinkje betekende dat je ‘echt en bekend’ was. Tegenwoordig betekent het alleen nog maar dat je geld uitgeeft aan zo’n vinkje.
In oorlogstijd is nepnieuws een wapen. Denk aan de MH17: “de daders waren Oekraïners”.
Of in campagne-tijd: “elk jaar komen meer dan 50.000 asielzoekers naar Nederland”. Allebei nepnieuws.
Het is zorgelijk.
Zeker nu de kunstmatige intelligentie doet wat we al jaren zagen aankomen. In beeld en geluid kunnen computers ons zo nadoen dat het echt lijkt.
En wie kan dan ‘bepalen’ wat echt is?
Wat nou als er een filmpje opduikt waarin ik als burgemeester de meest bizarre dingen zeg? Er zullen altijd mensen zijn die dat geloven.
Dan is een goede relatie met de ‘echte’ media van groot belang.
Met respect voor ieders rol. Immers, democratie heeft kritische pers nodig. Maar wel zo dat we elkaar in ontspanning opzoeken als het spannend wordt.
Want we hebben allemaal een keer een ander nodig, om te helpen bepalen wat ‘echt’ nieuws is, en wat niet klopt. Of erger nog: moedwillig is verzonnen.